CONNECT is een jaarlijkse internationale bijeenkomst georganiseerd door AMATEO, the European Network for Active Participation in Cultural Activities, in het kader van het vierjarig Arts take Part-project.

De bijeenkomst draait elk jaar rond een specifiek thema, dit jaar was dat ‘Empowerment van jongeren’. Initieel zou CONNECT2020 tijdens het weekend van 20 - 22 maart plaatsvinden in Brussel. Het event beloofde een combinatie te worden van een expertmeeting voor kunstprofessionals & amateurkunstenorganisaties én een creatief workshopprogramma voor jongeren. Lasso/Move It Kanal en Met-X waren lokale partners voor deze bijeenkomst.

COVID-19 gooide de planning echter overhoop, waardoor de organisatie op zoek moest naar een alternatieve digitale programmatie om deze bijéénkomst toch te kunnen laten plaatvinden. En zo vond begin mei Re-CONNECT plaats. Het werd een vierdaagse digitale uitwisseling met 23 deelnemers uit zo’n 11(!) landen. Met Lasso kregen we de opportuniteit om onze werking, BabbelArt en het Move It Kanal-project voor te stellen aan de deelnemers.

Lasso nodigde enkele Brusselse spelers uit om deel te nemen aan dit internationale netwerkevent. Aline Nyirahumure (KUUMBA, Vlaams-Afrikaans Huis) en Jonas Bastijns (De Brusselse Jeugdhuizen - JHOB) gingen hier graag op in. Daarnaast waren uit Brussel ook nog Leen De Spiegelaere (Met-X), Jalel Vangoethem en Bart Nagels (Centrum West, deelwerking van de D’Broej / Fanfakids) en Amber Goethals & Ahlaam Teghadouini (Bronks) van de partij.

We polsten bij Jonas en Aline naar hun ervaringen met Re-CONNECT.

Lasso: Ondanks het veranderd concept van Connect 2020, zijn jullie verwachtingen met het alternatief programma: Re-CONNECT enigszins ingevuld?

Aline: Ik heb daar gemengde gevoelens bij. Door het online te laten doorgaan ben je minder in contact met de mensen, leer je hen minder goed kennen en is het moeilijker om samenwerkingen te beogen. Er was ook een tijdsdruk tijdens die ZOOM-meetings, waardoor je minder snel geneigd bent om vragen te stellen. Ik miste ook een vorm van expertisedeling die ik misschien, als de weekendformule had kunnen plaatsvinden, wel had meegekregen. De focus lag vooral op theater bij de andere organisaties, wat minder onze focus is.

Al bij al ben ik wel tevreden, zo heb ik enkele nieuwe internationale organisaties ontmoet en prospectie kunnen doen naar eventuele samenwerkingen.

Jonas: Ik wist niet goed wat te verwachten. Het zag er interessant uit op het eerste zicht. Wat ik miste was de dynamiek die je hebt als je live zo’n bijeenkomst organiseert. Dat terzijde heb ik Brusselse partners leren kennen, zoals KUUMBA. Het was de eerste keer dat ik mijn project deel met internationale partners. Voor mij had de weekendformule wel beter gepast, qua werktijd.

Wat was voor jou een meerwaarde om deel te nemen ?

Aline: De artistieke expertise, het ontdekken van internationale organisaties

Jonas : Ik wou vooral inspiratie opdoen en bijleren.

Wat blijft je het meeste bij?

Jonas: Hoe moeilijk het is om met zo een grote groep mensen te videobellen, het kan daardoor soms langdradig worden. Ze hebben er wel goed aan gedaan om enkele basisregels af te spreken vanaf het begin. Wat mij het meest is bijgebleven is hoeveel werktijd en personeelsinzet elke organisatie heeft voor zijn projecten. Ikzelf werk bijvoorbeeld maar halftijds op mijn project. Misschien moeten we intern eens nadenken over extra personeelsmiddelen. Mijn project zit in de laboratoriumfase, het project wordt uitgevoerd samen met de jongeren, die na verloop van tijd zich ook inzetten als vrijwilliger. Ik ben soms beperkt in het nemen van beslissingen


Hebben jullie andere Brusselse werkingen beter leren kennen? Of was er een internationale werking die voor jou uit het oog sprong?


Aline: Ik ken de Brusselse werkingen op zich wel redelijk goed. De internationale organisaties werken met een ander publiek. Naar mijn mening meer met een middenklasse publiek.

Jonas: KUUMBA – Ik had daar nog nooit eerder van gehoord. Bij Met-X zijn er nieuwe werknemers, die ik nog niet kende. Daarnaast zou ik ook eens met Bart Nagels willen afspreken om eens te polsen naar hun samenwerking met Met-X. Wat betreft de internationale organisaties was de Brassbandschool voor mij de interessantste, gezien de gelijkenis van discipline met mijn project. Rotterdam is ook redelijk toegankelijk qua taal en locatie.

Is er een samenwerking tot stand gekomen met één van de internationale organisatie? Zo ja, met wie zal je het project uitvoeren? Kan je het project meer toelichten?

Aline: We gaan een project indienen rond spoken word met een organisatie in Rotterdam, genaamd BrassBandschool. Er was een klik met Jade van de BrassBandschool, die werkt rond het project 'Next Outspoken Generation' met jongeren. Bij KUUMBA hebben we ook een gelijkaardig project. De interdisciplinariteit van hun werking spreekt me ook ten zeerste aan, wat wij bij KUUMBA ook belangrijk vinden.

Zo nee, waar botste je op om een samenwerking tot stand te laten komen?

Jonas: Mijn project staat nog in zijn kinderschoenen. Het bestaat nog maar één jaar. Andere projecten bestaan langer, zijn daar dan misschien meer klaar voor. Jade van Brassbandschool leek een interessante partner, maar misschien eerder voor in de toekomst. Ik merkte dat er meer ervaring was als beroepskracht van dergelijke projecten bij de deelnemers, terwijl dit voor mij maar een deel van mijn takenpakket omvat.


Kan je jouw project even toelichten, Jonas?

Jonas: Mijn project heet BXL Music Lab, het is in samenwerking met Jeugd en Muziek Brussel dat we informele muziekles aanbieden. Jeugd en Muziek levert de docenten en het materiaal aan, en JHOB zorgt voor coole locaties. We zijn als het ware een informele muziekschool. Vóór corona bereikten we wekelijks zo’n 10 à 15 jongeren. De jongeren werken toe naar een toonmoment voor de ouders. We bieden ze drum, piano, gitaar en bas aan. Het is ook de bedoeling dat ze op het einde leren samenspelen.

We streven naar een sociale mix tussen de jongeren, vandaar dat we samenwerken met D’Broej. Momenteel werken we samen met deelwerking Chicago, die zijn gevestigd in het centrum waardoor er meer jongeren deelnemen. De jongeren zijn ook ambassadeur van het project.

In corona-tijden hebben we voor sommige leerlingen instrumenten thuis bezorgd. De lessen worden doorgeschoven en als het mag, willen we in de zomer een activiteit organiseren om iedereen terug te zien.


Hebben jullie nog iets dat jullie kwijt willen?

Aline: Chapeau aan de organisaties om dit nog snel online in elkaar te steken! Het was een leerrijke ervaring, ondanks het live gegeven.

Jonas: Het was tijdsintensief, maar toch merci om mij te vragen. Ik heb er zeker iets aan gehad, zo heb ik o.a. kunnen reflecteren over mijn eigen project.


Merci Aline en Jonas voor het interview! We blijven graag op de hoogte van je project met Brassband, Aline en wensen Jonas nog veel succes met BXL Music Lab!

UPDATE: Begin juni werd bekend dat Next Outspoken Generation, het spoken word project dat KUUMBA samen met een Nederlandse partnerorganisatie indiende, een pilootbudget van 2.500€ in de wacht sleepte. Proficiat KUUMBA en Aline!

--

Het project Move It Kanal, geleid door Lasso en de Erasmushogeschool Brussel, is opgezet in het kader van het operationele EFRO programma van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. In dit kader is bijna 2,1 miljoen euro in het project geïnvesteerd, waarvan 50% door de Europese overheid en 50% door het Gewest wordt gedragen. De doelstelling van de EFRO-programmering is om de culturele participatie van jongeren in het kanaalgebied te versterken.

EFRO (Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling) is een instrument voor het Europese regionale beleid dat nieuwe mogelijkheden wil bieden aan Europese burgers en dat de kloof tussen de levensstandaard in de verschillende regio's wil dichten. Het vormt een investerings- en solidariteitsmechanisme van de EU dat dankzij Europese en regionale investeringen ons dagelijkse leven beïnvloedt.

Het project wordt ondersteund in cofinanciering met de VGC.