In de aanwezigheid van ruim 100 deelnemers gaf Lasso dinsdag 22 november 2016 de aftrap van het project Move It Kanal. Het Brusselse Netwerk voor Cultuurparticipatie en Kunsteducatie wilt zich de komende vijf jaar, samen met een brede waaier aan partners uit de cultuur-, jeugd- en onderwijssector, toespitsen op de cultuurbeleving van jongeren in de Kanaalzone.

Een onderzoek moet eerst hun noden en behoeften blootleggen. In een tweede fase zullen diverse pilootprojecten hieraan trachten tegemoet te komen, met als uiteindelijke doel de opbouw van een duurzaam netwerk om samenwerking tussen de verschillende sectoren op termijn vlotter te laten verlopen.

De kick-off van het vijfjarige stadsproject vond plaats in het Huis van Culturen en Sociale Samenhang van Sint-Jans-Molenbeek. In dit sympathieke kader, opgesmukt met fotowerk van de jonge Molenbeekse fotografe Eslem Akdag, konden professionals uit de verschillende sectoren elkaar beter leren kennen. De foyer werd dan weer door twee enthousiaste fotografes ter plaatse versierd met polaroids van de aanwezigen. Naast hun foto konden deze dan op een briefje kenbaar maken waar ze naar op zoek zijn en wat ze zelf te bieden hebben.

Dit stelde de gasten in staat sneller nuttige contacten te leggen. Het hoofddoel van deze voormiddag was immers de basis te leggen voor een breed en duurzaam netwerk van professionals uit de jeugd-, cultuur en onderwijssector. Deze samenkomst was de eerste in een reeks bijeenkomsten en vormingsactiviteiten kaderend binnen Move It Kanal. De focus lag nu op de samenwerking tussen de culturele sector en de jeugdsector.

Cultuur als motor voor zelfexpressie

Na de verwelkoming in de foyer ging de dag officieel van start in de Theaterzaal. Hier kregen de gasten uitleg over de context en doelstelling van het project en vertelden de stuurgroepleden van Move It Kanal over het belang van hun engagement. Voor de eerste spreker het woord nam, kreeg het publiek een videofragment te zien van voorloper MOVE-IT.

Voor dit internationale project zond de Oostenrijkse theatermaker Airan Berg in 2013-2014 teams van kunstenaars naar zes Brusselse scholen om er gedurende acht weken met de leerlingen creatief aan de slag te gaan. Niet het streven naar een artistiek eindproduct stond hierbij centraal, maar wel de samenwerking tussen leerkrachten, leerlingen en kunstenaars. De boodschap is duidelijk: De wereld verandert snel en jongeren hierop voorbereiden is moeilijk. Hen zelfvertrouwen bijbrengen en leren improviseren is daarom belangrijk.

Anja Van Roy, coördinator van Lasso, ondersteunt deze visie. Ze ziet een belangrijke rol weggelegd voor cultuur in de ontwikkeling van jongeren: “Wij geloven in het belang van cultuur voor vrije meningsuiting. Brussel heeft nood aan culturele projecten voor jongeren maar helaas vallen net zij het vaakst uit de boot. Daarom willen we organisaties aanmoedigen om de brug te slaan naar jongeren en nieuwe, op het eerste gezicht misschien minder evidente, samenwerkingen aan te gaan. De Brusselse instellingen beschikken over heel wat expertise die ook voor andere organisaties van enorme waarde kan zijn.”

Om al die redenen zette Lasso in 2015 Move It Kanal op touw. Het opzet is een alliantie smeden tussen onderwijs, jeugdwerkingen en cultuur zodat via duurzame samenwerkingen over de sectoren heen zo veel mogelijk jongeren uit de Kanaalzone gestimuleerd worden om deel te nemen aan het culturele leven in Brussel. Om dit te bereiken zal Lasso investeren in netwerken die resulteren in pilootprojecten waarin jongeren zelf een sleutelrol spelen. “De ongelooflijke rijkdom aan Brusselse initiatieven dichter bij elkaar brengen is een uitdaging waar we de komende jaren voluit voor zullen gaan”, besluit Anja Van Roy.

De cultuurbeleving van de Brusselse jeugd onderzoeksmatig een blinde vlek

Aan de projecten, die in het najaar van 2017 zullen starten, gaat een intensieve onderzoeksfase vooraf. Want om jongeren echt centraal te stellen, willen de initiatiefnemers niet overhaast in actie schieten, maar de nodige tijd nemen om hen te bevragen en te experimenteren met de nieuwe ideeën die daaruit voortvloeien.

De Erasmushogeschool Brussel - Opleiding Sociaal Werk, een van de partners bij Move It Kanal, engageerde zich om een kwalitatief onderzoek te doen naar de cultuurbeleving van jongeren uit de Brusselse Kanaalzone. De vrijetijdsparticipatie van de Vlaming is regelmatig het voorwerp van onderzoek. Ook de leefwereld van Vlaamse jongeren wordt regelmatig onderzocht. De vrijetijds-, en bij uitbreiding cultuurparticipatie, en de leefwereld van de Brusselse jongeren daarentegen blijken vaak een blinde vlek. Vooral over de participatie van maatschappelijk kwetsbare jongeren is er nauwelijks iets geweten.

Hanne Stevens, die het onderzoek leidt, geeft een stand van zaken: “Via diepgravende interviews trachten we de mogelijke discrepantie tussen en de perceptie over de vraag naar en het aanbod van cultuur bloot te leggen. Zowel de jongeren zelf, hun begeleiders (jeugdwerkers en leerkrachten) én medewerkers uit de culturele sector worden hierover bevraagd. We willen diversiteit garanderen door zo’n divers mogelijk jongerenpubliek uit de Kanaalzone te bevragen, maar de focus ligt toch op de maatschappelijk kwetsbaarsten, waarmee we in contact proberen te komen via straathoekwerkers en scholen. Op de gesprekken met Franstalige jeugdwerkers en leerkrachten na, is het grootste deel van de interviews afgenomen en vanaf 2017 worden de resultaten geanalyseerd en teruggekoppeld.”

Enkele cijfers i.v.m. het onderzoek:

  • Vijfenvijftig jongeren, zeven culturele instellingen en zes Nederlandstalige intermediaire spelers werden reeds bevraagd.

  • Slechts dertien van de ondervraagde jongeren praten thuis uitsluitend Nederlands of Frans. Meer dan de helft is tweetalig.
  • Meer dan de helft is van vreemde origine.

  • Een groot deel van de geïnterviewde jongeren heeft een of twee ouders die niet werken.

Begin mei worden de bevindingen van de eerste onderzoeksfase dan gepubliceerd en voorgesteld op een studiedag.

De mensen achter het project

Zoals reeds aangegeven, doet Lasso dit project uiteraard niet alleen. De zes Move It Kanal-partners vatten samen waarom zij zich geroepen voelen om het project te ondersteunen.

Bart Claes van de Erasmushogeschool Brussel nam als eerste het woord. Hij uitte zijn wens de schouders te kunnen blijven zetten onder constructieve uitwisselingen als deze. Vanuit de opleiding Sociaal Werk wilt de EHB studenten immers voorbereiden op een concreet beroep en de samenwerking met Lasso biedt daarbij een grote meerwaarde, aldus Claes.

Deze motivatie deelt hij met Melanie Lalieu van het Institut des Hautes Études des Communications Sociales. “We willen de studenten van onze masteropleiding 'Animation socioculturelle et éducation permanente' de mogelijkheid bieden meer veldwerk te doen en niet enkel te leren op basis van bestaande onderzoeksresultaten. Onze deelname aan het project biedt daartoe een uitstekende gelegenheid,” verklaarde die laatste aan het publiek. “Langs de andere kant is onze expertise ook van nut voor de partners uit het werkveld,” voegde Claes hier nog aan toe. “Hen roep ik dan ook graag op om de werkpunten die zij zien, met ons te delen.”

Sophie Alexandre van Réseau des Arts à Bruxelles/ Brussels Kunstenoverleg is daar al vast en zeker toe bereid. “Onze twee organisaties zijn in 2002 en 2004 opgericht met als doel de samenwerking tussen de diverse culturele spelers te bevorderen,” verduidelijkte ze. “Bijgevolg willen wij ons graag engageren mee te netwerken en out of the box te denken rond jongeren en cultuur.”

Hierop voerde Sarah Storme van JES (Jeugd en Stad) aan waarom Move It Kanal volgens haar een broeihaard zal worden voor vernieuwende ideeën: “Onze ervaring leert dat wanneer je vertrekt vanuit de jongeren zelf, je vaak tot prachtige creatieve resultaten komt. Een vrijwilliger bij onze jeugdorganisatie, Nabil Fallah, organiseert zo een multidisciplinaire talentenjacht met de focus op jongeren rond de Kanaalzone - noem het gerust een Brusselse versie van Belgium ́s Got Talent. Daar vloeiden al fantastische dingen uit voort. Denk bijvoorbeeld aan een samenwerking tussen een freestyle basketter en een danseres.”

Aly Sassi van L.E.S. Molenbeek belichtte vervolgens het belang van sectoroverstijgende partnerschappen als Move It Kanal. Zijn vereniging tracht via uiteenlopende projecten de sociale cohesie te bevorderen maar beseft maar al te goed dat ze niet alles in hun eentje kunnen bolwerken. Bij D ́Broej waren ze het roerend met hem eens wat betreft de meerwaarde van cultuur voor de sociale samenhang. “Als De Brusselse Organisatie voor de Emancipatie van Jongeren zijn wij ervan overtuigd dat cultuur ontzettend belangrijk is voor de zelfontplooiing en ontwikkeling van gemeenschapszin bij jongeren”, beaamde Inge Loodsteen. “Cultuur is bovendien een van de laatste vrijplaatsen waar we volop mogen experimenteren, op ons eigen tempo en met onze eigen invalshoek, los van targets. Initiatieven als Move It Kanal willen wij daarom volop ondersteunen.”

Download de presentatie van het plenaire gedeelte.

Inspiratie sprokkelen en brainstormen

Vervolgens namen drie parallelle sessies enkele mogelijkheden tot samenwerking op vlak van jongeren en cultuur onder de loep. Voor sessie 1 en 2 waren er sprekers uit de Nederlands- en Franstalige cultuur- en jeugdsector uitgenodigd om te getuigen over een inspirerende ervaring. In een derde sessie volgden de deelnemers een interactieve workshop rond methodieken om jongeren beter te betrekken in het onderzoek.

Ceci n ́est pas un jeune: voor en door jongeren!

Hoe organiseer je een samenwerking? Op welke manier geef je jongeren een stem en hoe overwin je de drempels en uitdagingen die dit met zich meebrengt? In de sessie 'Ceci n ́est pas un jeune' gingen Nathalie Heusquin en Rosette Moke dieper op deze vragen in. Nathalie Heusquin sprak vanuit de ervaring die ze als projectcoördinator van FMJ heeft met de begeleiding van het creatiefestival Ceci n ́est pas un jeune, dat in 2017 aan zijn derde editie toe is. In dit multidisciplinaire festival zijn het de jongeren zelf die het programma samenstellen en creaties uitwerken rond maatschappelijke thema ́s die hen persoonlijk bezighouden. “Er gaat een heel proces van reflectie en expressie in werkgroepen aan vooraf”, legt Nathalie Heusquin uit. “Alle expressiemiddelen die de jongeren voorstellen, kunnen en moedigen we aan, of het nu gaat om slam of graffitikunst of ongewone mengvormen. Iedere editie ziet het festival er daardoor volledig anders uit en vindt het ook plaats op een andere locatie in de publieke ruimte. We hopen zo een positief imago te creëren van jongeren in het straatbeeld.”

Een aanpak die succes kent: op amper drie jaar tijd breidde Ceci n ́est pas un jeune het aantal samenwerkingsverbanden met jeugdorganisaties uit van 15 tijdens de eerste editie naar 50 voor aankomende festival.

Rosette Moke, theaterfacilitator bij Jeugdcentrum CEDAS, deelt aansluitend haar positieve ervaringen als begeleider van een atelier dat jongeren helpt hun eigen theatervoorstelling op de planken te zetten: “We brengen jongeren met verschillende achtergronden, uit verschillende wijken en culturen samen om een voorstelling te creëren rond thema ́s als seksisme, racisme of homofobie. Het is boeiend om te zien hoe de jongeren gaandeweg openbloeien, hoe ze een opinie leren vormen, uiting geven aan hun karakter en leren samenwerken. Vaak zijn de jongeren er in het begin van overtuigd dat ze er nooit in zullen slagen om op het podium hun boodschap over te brengen, maar na verloop van tijd winnen ze aan zelfvertrouwen. Wanneer het toonmoment voor het grote publiek dan is aangebroken, blaken ze van trots.”

Horizonten verbreden op het Kunstenfestivaldesarts

Anne Watthee van Kunstenfestivalsdesarts en Jonas Bastijns van Jeugdhuis Chicago – een van de jeugdwerkingen van D ́Broej - kwamen in een tweede sessie hun samenwerking toelichten. In 2012 sloegen beide organisaties de handen in elkaar om jongeren warm te maken voor Kunstenfestivaldesarts, dat ieder jaar gedurende drie weken in mei op diverse locaties plaatsvindt. De jongeren selecteren zelf de voorstellingen en expo ́s die hen interesseren en die ze willen bezoeken in gezelschap van festivalbegeleiders.

Omdat D ́Broej jongeren in de eerste plaats ruimte wilt bieden hun eigen talenten te ontplooien (en zo hun positie in de maatschappij te versterken), maken ze een videoreportage van hun uitstap waarin ze zelf hun creatief ei kwijt kunnen. Ze registreren zowel hun verwachtingen als hun uiteindelijke bedenkingen, maar krijgen ook de kans om de artiesten te ontmoeten en hen te interviewen. Tijdens een gezellige avond uit gaan ze het debat aan met elkaar en stellen ze zich helemaal open voor kunst. Ze denken na over wat ze zien, leren hun mening te formuleren en die van anderen een plaats te geven en te waarderen. Hun indrukken monteren ze tenslotte in een videoclip die ze zelf op muziek zetten en delen op Facebook. De samenwerking, die jongeren op interactieve wijze laat kennismaken met kunst, leidde reeds tot tal van mooie en voor de betrokkenen zelf onvergetelijke ontmoetingen, zo getuigden de partners.

Interactief, creatief, participatief

In de interactieve workshop rond creatieve en participatieve onderzoeksmethoden werden de terreinwerkers aangesproken op hun expertise in het werken met jongeren of cultuur. Alle deelnemers, elk vanuit hun eigen praktijk, konden tools en tips aanreiken. Met deze tips en tools gaan de onderzoekers in de volgende onderzoeksfase verder aan de slag.

Bij de ontwikkeling van het Move It Kanal-onderzoeksproject was het steeds de bedoeling om er een participatief onderzoek van te maken. Bovendien merkten de onderzoekers dat groepsgesprekken met jongeren niet evident waren. Hoewel ze gebruik hadden gemaakt van verschillende methodieken zoals opwarmers, spel, stellingen en stille wanddiscussies zagen ze dat jongeren geremd waren om openlijk hun mening te verkondigen, of geen zin hadden om echt mee te werken.

In de volgende onderzoeksfasen zouden ze dus van de meer klassieke onderzoeksmethoden willen afstappen. Twee werkgroepjes gingen aan de slag rond twee verschillende vragen. Een eerste groep boog zich over welke creatieve methodieken bruikbaar waren om jongeren in groep te bevragen, terwijl een tweede groep op zoek ging naar op welke manier ze jongeren actief en participatief konden betrekken in het onderzoek.

De discussies in de werkgroepen waren rijk en leverden zowel praktische informatie op over concrete tools en methodieken als belangrijke inlichtingen over de randvoorwaarden om met jongeren aan de slag te gaan. Volgens de deelnemers is het eerst en vooral belangrijk om voldoende tijd te nemen en een vertrouwensband met de jongeren op te bouwen. Vertrekken vanuit de interesse van de jongeren is altijd een plus, en het is cruciaal om een win-winsituatie te creëren. Volgens nog anderen worden jongeren simpelweg niet graag bevraagd of zijn ze al overbevraagd. Het gebruik van creatieve methodieken zoals (video)dagboeken, radioshows, fictieve scenario’s, etc is dus imperatief. Of zoals een van de deelnemers het verwoordde: “De beste manier om jongeren te bevragen is ze niet te bevragen.”

In de Kijker: een uitnodiging tot samenwerking

Na een korte pauze konden de deelnemers tenslotte kennismaken met zeven spelers uit de jeugd- en cultuursector actief in de Kanaalzone. Elke spreker kreeg drie minuten om de organisatie die hij of zij vertegenwoordigde voor te stellen.

Jessica Vosters, Yota!-medewerkster bij JES, brak het ijs en lichtte het Vijf Blokken-project toe. Dit participatieproject betrekt kinderen en jongeren bij de inrichting van de (semi-)publieke ruimte en brengt buren met elkaar in contact over de verschillende generaties heen. Materie die ook voor Jacques-Yves Le Docte, animator en directeur van La Maison de la Création in Laken, geen onbekend terrein is. Hij benutte zijn spreektijd om vurig te schetsen hoe participatieprojecten voor families kunnen leiden tot een betere samenleving. Ali Moustatine, jeugdwerker bij VMJ/AJM, een van de werkingen van D ́BROEJ, gaf dan weer een betoog over cultuuremancipatie en de drempels die daarvoor overwonnen moeten worden.

Heel wat sprekers riepen op om tips en ervaringen te delen. Zo wou Marianne Swerts, coördinator van de Brede School in Laken, verbonden aan het Gemeenschapscentrum Nekkersdal, samen nadenken over hoe je kinderen en jongeren ook na school op een duurzame manier kan bereiken. Geert Van Dijck van jeugdtheater Bronks gaf uitleg bij het XL-festival van Bronks, dat jongeren volledig zelf mogen programmeren, en hoopte eveneens om ervaringen te delen en nieuwe partnerschappen aan te gaan. Ook Anne Colmant, coördinator van het Maison Communautaire Pierron - Rive Gauche, gaf uiting aan haar wens om samen projecten uit te bouwen die de Brusselse jongeren helpen hun culturele identiteit te ontdekken.

Het laatste woord was voor `gastheer ́ Michaël Clemeur van het Huis van Culturen en Sociale Samenhang. Hij onderstreepte het belang van een vertrouwensband, wil je jongeren op een zaterdagochtend uit bed krijgen om aan cultuur te doen. Hij opperde dat niets zo efficiënt is als cultuur om mensen samen te brengen en nodigde het publiek daarop uit de gesprekken verder te zetten en ideeën uit wisselen tijdens het afsluitende netwerkmoment in de Foyer.

Wordt vervolgd!


--

Het project Move It Kanal, geleid door Lasso en de Erasmushogeschool Brussel, is opgezet in het kader van het operationele EFRO programma van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. In dit kader is bijna 2,1 miljoen euro in het project geïnvesteerd, waarvan 50% door de Europese overheid en 50% door het Gewest wordt gedragen. De doelstelling van de EFRO-programmering is om de culturele participatie van jongeren in het kanaalgebied te versterken.

EFRO (Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling) is een instrument voor het Europese regionale beleid dat nieuwe mogelijkheden wil bieden aan Europese burgers en dat de kloof tussen de levensstandaard in de verschillende regio's wil dichten. Het vormt een investerings- en solidariteitsmechanisme van de EU dat dankzij Europese en regionale investeringen ons dagelijkse leven beïnvloedt.

Het project wordt ondersteund in cofinanciering met de VGC.