BrusselArt | Een interview met Jalel (Met-X) en Pascal (BRONKS)
Beatriz Klewais
Hubbie vzw ondersteunt mensen met een beperking in Brussel. Wekelijks organiseren ze een atelier ‘Sfeer en cultuur’ voor hun cliënten, die er deelnemen aan creatieve en artistieke activiteiten. In het kader van het project BrusselArt ging Hubbie een samenwerking aan met Lasso. Samen stippelden we een cultureel ontdekkingsparcours uit, met onder meer workshops percussie bij Met-X en drama bij BRONKS. In dit interview peilen we met Sharon (Hubbie) en publiekswerkers Jalel (Met-X) en Pascal (BRONKS) naar hun ervaringen.
Lasso: Jalel, hoe kijk je terug op de workshops percussie?
Jalel (Met-X): Voor mij was dit onbekend terrein. Ondanks mijn opleiding was het de eerste keer dat ik met volwassenen met een mentale beperking werkte. De workshops verliepen grotendeels zoals ik verwachtte, maar ik denk niet dat ik in de toekomst nog op dezelfde manier tewerk zou gaan. Eigenlijk is het vrij uitzonderlijk dat we niet-productiegerichte workshops geven bij Met-X. En hoewel ik genoten heb van het begeleiden van deze workshops, merk ik dat ik toch liever naar een einddoel toewerk. Zo zie ik me bijvoorbeeld met een grotere groep van Hubbie deelnemen aan de Zinneke parade. Op die manier zou er een langdurig traject kunnen plaatsvinden met een einddoel, zonder dat er enige vorm van ‘perfectie’ verwacht wordt.
Hoe hebben de deelnemers de workshops ervaren?
Sharon (Hubbie): Ze vonden het trommelen erg fijn, ik zag mensen echt openbloeien. Het was geweldig te zien hoe sommigen actief deelnamen terwijl ze zich bij Hubbie terughoudender opstellen tijdens de ateliers. Na lange tijd binnen zitten door corona deed 'naar buiten gaan’ zienbaar deugd.
Jalel: Bij Hubbie volgen de deelnemers ateliers op basis van hun interesses. Dat maakt dat er soms onderling grote niveauverschillen zijn. In een percussieworkshop is dat niet zo evident: sommigen waren meteen weg met een bepaalde oefening, terwijl anderen er iets meer tijd voor nodig hadden.
Sharon: Een voordeel van een gemengde groep is dan weer dat deelnemers zich aan elkaar kunnen optrekken. Maar het niveauverschil was inderdaad opvallend. We moesten daardoor ook extra waken over de groepsdynamiek. Sommigen durfden al eens commentaar geven op deelnemers die niet meteen mee waren met een opdracht. Dat creëert snel een gespannen sfeer.
Jalel: Soms kreeg ik daardoor het gevoel dat ik niet tegemoet kon komen aan ieders verwachtingen. Er waren deelnemers die wat op hun honger bleven zitten en anderen die de veilige ruimte niet kregen om op hun eigen tempo open te bloeien, terwijl ik merkte dat ze er wel het talent voor hadden.
Hoe ga je om met dergelijke niveauverschillen?
Jalel: Ik probeerde rekening te houden met ieders kunnen en zijn of haar voeling met muziek. Een variatie aan oefeningen hielp daar ook bij. Een voordeel is dat percussie zich leent tot een workshop met minimaal taalgebruik. Mondelinge communicatie was niet altijd evident voor deze groep, maar dat kon ik dus grotendeels opvangen met gebaren en door oefeningen simpel weg voor te doen. Het gebeurde ook wel dat een deelnemer een opdracht op zijn of haar eigen manier interpreteerde, maar dat vormde op zich geen probleem. Het was fijn om te zien dat ze enthousiast deelnamen en zich amuseerden. Dat was ook de essentie van deze kennismakingsworkshops.
Voor een geslaagde workshop zet je best in op beleven en experimenteren
- Jalel (Met-X)
Hebben jullie nog tips voor professionals die met deze doelgroep creatief aan de slag willen gaan?
Jalel: Ik denk dat het vooral belangrijk is dat je een rustig tempo aanhoudt en geen hoge eisen stelt. Volg het ritme van de groep en werk niet toe naar een afgebakend eindresultaat. Voor een geslaagde workshop zet je best in op beleven en experimenteren. Wat natuurlijk niet betekent dat je geen verwachtingen mag stellen en niet ergens naartoe kan werken.
Lasso: Pascal, hoe verliepen de dramaworkshops?
Pascal (BRONKS): Tijdens de eerste workshop deden we enkele opwarmingsoefeningen. Meteen werd er volop geïmproviseerd met attributen en kostuums. Toen al zag ik de basis voor concrete scènes ontstaan. In die zin vond ik de eerste workshop het meest succesvol. Maar dat is niet abnormaal. Bij een tweede workshop is het nieuwe er wat af en moet je een stap verder zetten. Het loopt dan vaker wat stroever, en dan moet je als docent verder durven kijken. Dat vraagt meer tijd.
Het voordeel van zo'n tweede workshop, is dat er ruimte gecreëerd wordt voor meer timidere personen, die dan plots wel naar voren durven te komen. In dat opzicht was het zeker waardevol om meerdere workshops te laten plaatsvinden. Je zag duidelijk dat de deelnemers over het algemeen al meer op hun gemak waren in de tweede workshop.
Hoe hebben de deelnemers de workshops ervaren?
Sharon: Ze hebben ervan genoten. Het leek voor iedereen een positieve ervaring te zijn en ze lijken er allemaal iets van opgestoken te hebben. Sommigen waren zo betrokken dat ze er zelfs nog over nababbelden, wat uitzonderlijk is bij deze groep.
Pascal: Het is fijn om dat te horen. Voor mij was het moeilijker om in te schatten wat de groep ervan vond omdat ik ze niet zo goed ken. Het was wel het experiment waard. Dankzij corona was er ruimte en tijd om deze uitdaging aan te gaan. Onze werking focust normaal gezien immers op kinderen en jongeren. Ik vond het zowel voor mezelf als voor de deelnemers erg waardevol dat deze workshops konden plaatsvinden.
Het was ook fijn om personen met een beperking in ons gebouw aanwezig te hebben. Dat gebeurt nog niet genoeg. Een van de uitdagingen binnen mijn job is om bij BRONKS meer superdiversiteit te creëren en zo alle lagen van de bevolking welkom te doen voelen. Ik merk dat het niet zo evident is om zomaar onze werking binnen te wandelen. Zelfs voor sommige ouders kan het complex zijn om hun kinderen bij ons in te schrijven, voor een buitenschoolse activiteit. Deze drempel ligt nog hoger voor mensen met een beperking.
Zijn er andere drempels die jullie hebben opgemerkt?
Sharon: Er waren vooral praktische en organisatorische drempels. Het merendeel van onze cliënten wordt thuis opgehaald en met een taxibusje bij Hubbie afgezet. Nu moest ik ervoor zorgen dat iedereen op tijd bij BRONKS aankwam, maar je hebt totaal geen controle over de taxiservice, waardoor velen te laat toekwamen, of net te vroeg.
Anderen vonden het dan weer oneerlijk dat ze samen met mij te voet naar BRONKS moesten wandelen, omdat zij administratief geen recht hadden op taxivervoer. Dat had ook een invloed op hun humeur en de gemoedstoestand waarop ze BRONKS binnenwandelden. Gelukkig was dit voor Pascal geen probleem en was hij erg flexibel. Het eerste half uurtje werd een moment waarop de cliënten rustig konden toekomen en een koffie drinken totdat de groep voltallig was.
Pascal: Ik zou dat in de toekomst ook standaard zo inbouwen. In deze informele momenten vind je trouwens makkelijker aansluiting bij de groep, wat erg waardevol is als je nadien creatief met hen aan de slag gaat.
Spel is een universele taal. Het idee van de homo ludens, Latijn voor 'spelende mens', is een mensbeeld waarin de mens eerst en vooral een spelend wezen is. En spel kan alles zijn.
- Pascal (BRONKS)
Ik denk inderdaad dat de opvallendste drempels een praktisch karakter hadden en niet van inhoudelijke aard waren. Uiteindelijk maakt het niet zo veel uit wie er voor je staat als je een dramaworkshop geeft. De oefeningen zijn steeds dezelfde. Wel verloopt het met deze doelgroep misschien iets trager, waardoor je moet zorgen voor een goede structuur. Maar zolang je vertrekt vanuit het spel, kan ieder mens je begrijpen.
Spel is een universele taal. Het idee van de homo ludens, Latijn voor 'spelende mens', is een mensbeeld waarin de mens eerst en vooral een spelend wezen is. En spel kan alles zijn. Je moet als maker/docent op zoek gaan naar spelelementen bij je acteurs en daarop verder bouwen. Zo zet je altijd al een stap verder. Het is ook interessant om te zien hoe de deelnemers de spelregels veranderden. Dat is een proces van vallen en opstaan. Soms legde ik bijvoorbeeld een opdracht uit en werd deze anders begrepen en uitgevoerd. Op zich vind ik dat oké. De gouden regel is dat, zolang ze creatief bezig zijn, de workshop een succes is.